Werkingssfeer bedrijfstakpensioenfonds
Het komt regelmatig voor dat een werkgever nog niet aangesloten is bij een bedrijfstakpensioenfonds, terwijl dit wel moet. Dit betekent dat werknemers die wel als deelnemer aangemerkt kunnen worden en daarmee onder de werkingssfeer van het pensioenfonds vallen, maar niet zijn aangesloten. Deze werknemers kunnen dan alsnog deelname aan de pensioenregeling van het bedrijfstakpensioenfonds vorderen. Dit brengt onacceptabele financiële risico’s met zich mee voor jou als bestuurder. Maar ook voor jouw onderneming.
Het vorderen van pensioenpremies kan zelfs met terugwerkende kracht plaatsvinden, soms velen jaren terug. Ook als de werkgever (in het verleden) premiebijdragen heeft betaald aan een verzekeraar voor een verzekerde regeling.
Jouw onderneming heeft echter al een eigen pensioenregeling, op het moment dat de verplichte deelneming van toepassing is. Je kunt nu (onder bepaalde voorwaarden) in aanmerking komen voor de vrijstelling in verband met een bestaande pensioenvoorziening.
Veel bedrijven vallen niet onder de werkingssfeer van een bedrijfstakpensioenfonds. Maar hoe te handelen als een bedrijfstakpensioenfonds dat wel stelt?
Kortom: controleer regelmatig of je mogelijk onder de werkingssfeer valt van een verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds. De financiële consequenties van een aansluiting met terugwerkende kracht zijn groot. Het bedrijfstakpensioenfonds kan namelijk met terugwerkende kracht premies opeisen en de statutair bestuurder hiervoor hoofdelijk aansprakelijk houden.
Dat er jaarlijks gekeken wordt of mijn pensioen nog up-to-date is en de wijze waarop dat wordt gedaan, spreken mij bijzonder aan. Dat ik daardoor min of meer ‘gedwongen’ wordt om er jaarlijks over na te denken, voorkomt dat ik straks voor verrassingen kom te staan.
Werkingssfeer bedrijfstakpensioenfonds
De verplichting tot deelname aan een werkingssfeer bedrijfstakpensioenfonds (BPF) vloeit niet voort uit een cao maar uit een zogenaamde “verplichtstellingsbeschikking”. Dat uitgebreide document (vast te stellen door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) beschrijft precies welke ondernemingen in de branche verplicht moeten deelnemen aan het BPF. Zoals bouw, metaal, zorg, etc.
Vaak is het niet duidelijk of een werkgever nu wel of niet verplicht moet deelnemen aan het BPF. Bijvoorbeeld omdat de activiteiten niet helemaal aansluiten bij de omschrijving in de verplichtstellingsbeschikking. Dat kan omdat jouw bedrijf ook andere activiteiten verricht. Of omdat de aard van de activiteiten in de loop der jaren is gewijzigd.
De werkingssfeer bedrijfstakpensioenfondsen willen claims van werknemers uitsluiten en nemen in geval van twijfel geen risico: je word aangeschreven. Een BPF gaat daarin soms heel ver, zoals StiPP, het pensioenfonds voor de uitzendbranche. Dat leidde zelfs tot Kamervragen.
Tip 1: Check of jouw bedrijf onder de werkingssfeer van een bedrijfstakpensioenfonds valt! Neem contact met PensioenVizier op voor een zogenaamd “ werkingssfeer onderzoek ”.
Wees voorzichtig in de communicatie.
Soms wordt op beperkte aanwijzingen een verplichte deelname door het BPF verondersteld. Bijvoorbeeld jouw KvK-inschrijving. Dat is echter niet voldoende, het BPF dient te voldoen aan de zogenaamde “stelplicht en bewijslast” (art.RV). Maar let op: als je op het eerste verzoek van het BPF uitgebreide informatie verschaft, dan help je juist het BPF om aan die stelplicht en bewijslast te voldoen. Sterker nog, daarmee roep je (ongewenst) juist een verzwaarde stelplicht over jezelf af! Wees dus terughoudend en prudent bij de communicatie met het BPF.
Tip 2: Stelt een BPF dat je verplicht moet deelnemen? Raadpleeg eerst PensioenVizier alvorens hierop te reageren!
Onderzoek PensioenVizier
PensioenVizier onderzoekt door middel van een werkingssfeer onderzoek of jouw aansluiting bij een BPF wel terecht is. In veel situaties blijkt na grondige bestudering van de activiteiten van de onderneming en de werkzaamheden die zijn opgenomen in de verplichtstellingsbeschikking, dat de aansluiting onterecht is. Mocht de aansluiting toch terecht zijn, dan onderzoeken we voor jou vanaf wanneer dit zo is. Vaak kunnen we op die manier de terugwerkende kracht voor jouw aansluiting bij het bedrijfspensioenfonds beperken.
Ook kan vaak op basis van een bestaande pensioenregeling dispensatie worden verleend. PensioenVizier begeleidt jou bij het gehele juridische en zogenaamde actuariële gelijkwaardigheid berekeningen.
Verder begeleid PensioenVizier ondernemingen bij het aansluittraject voor een bedrijfstakpensioenfonds.
Drie nieuwe rollen
Er ontstaan drie nieuwe rollen voor pensioenadviseurs, denkt Wesselink.
- “De eerste is werkgever-pensioencoach. Dat zit dicht tegen de Wet toekomst pensioenen aan: hoe ga je werkgevers en deelnemers helpen bij keuzebegeleiding en transitiecommunicatie?
- Daarnaast ontstaat de rol van coach op het gebied van goed werkgeverschap: welke regelingen zijn er en wat kun je allemaal om je HR-beleid vorm te geven?
- De derde rol is deelnemer-impactadviseur. Daarin sta je deelnemers bij in het omgaan met vraagstukken als pensioenopbouw, maar ook vitaliteit en welzijn. Elk advieskantoor moet kiezen of het er een van die nieuwe rollen bij wil gaan nemen.”
Pensioencommunicatie, de stap naar waarde!
Als werkgever heb je een zorgplicht voor je werknemers. Sinds de Wet pensioencommunicatie (2015) in werking is getreden, wordt de werkgever ook grotendeels verantwoordelijk gehouden voor het informeren en begeleiden van de werknemers omtrent hun pensioen, oftewel werkingssfeer. Alles weten over een goede pensioencommunicatie? Bekijk onze pdf over pensioencommunicatie!